De afgelopen drie dagen zijn we op pad geweest met de studenten en trainers die nog op de campus zijn. De trip bestond uit een rondje langs Tzaneen, Magoebaskloof en Modjadjikloof waarbij we ons vooral op vogels gericht hebben.
maandag 25 november
Om 7:00 uur verzamelen we in het klaslokaal. Zoals elke maandag na een off-week is het tijd voor de camp clean-up. Omdat we met de overblijvers tot nu toe de boel aardig bij hebben gehouden, valt er eigenlijk weinig te doen. Dat geeft Cobus de kans om een extra ‘les’ in te voegen, met als onderwerp de vogels die we mogelijk tegen kunnen komen in Moegabaskloof (onze eerste bestemming). Ondanks dat deze kloof op maar een uur of anderhalf van de campus ligt, ligt het toch in een andere ‘bioom’. In plaats van de savanne zoals we die hier in het Lowveld hebben, is het daar ‘Afro-montane forest’ (Afrikaans berg-bos, zeg maar). Andere bomen en planten, andere temperatuur en klimaat brengen nieuwe vogels die we in het Lowveld niet tegenkomen. Cobus is goed twee uur bezig om ons door alle foto’s en geluiden heen te nemen. Het zal niet meevallen om ze allemaal te herinneren, maar in ieder geval hebben we een globaal beeld van wat we kunnen verwachten en wat er speciaal is.
Onze groep, met achter het stuur Conraad, op de eerste rij (v.l.n.r.) Hayley, Ben en Tina. Op de tweede rij ik en Ash en op de achterste rij Shawn en Vic. Foto: Cobus Spies
Na de les is het tijd om te pakken en te brunchen. We wachten nog op de vrachtwagen van ‘La Bamba’, een supermarkt in Hoedspruit die ons wekelijks van proviand voorziet. Ondanks dat Cobus gevraagd heeft of de levering deze week extra vroeg kan komen, duurt het uiteindelijk te lang om nog op te wachten. Er is regen voorspeld in de middag dus willen we eigen zo snel mogelijk gaan rijden, aangezien we in de open Landrover op pad gaan. Cobus en Conraad plunderen de vriezer, zodat we in ieder geval de eerste avond wat te eten hebben. Het is even passen en meten met de bagage , maar dan kunnen we met z’n negenen op pad. De verwachte regen (niet alleen op maandag maar ook op dinsdag) was voor mij reden om op het laatste moment al mijn cameraspullen thuis te laten. Achteraf geen handige keuze, aangezien we tijdens het rijden geen moment regen hebben gehad. Voor mijn foto’s van deze drie dagen ben ik dus afhankelijk van de foto’s die ik met mijn telefoon heb genomen en de foto’s van Cobus en Ash.
Afro-montane forest in de Magoebaskloof
De eerste stop is Tzaneen, waar we bij de supermarkt wat drank en iets te eten kunnen inslaan. Cobus en Conraad gaan langs de schietbaan waar we eind augustus ons SASSETA-certificaat gehaald hebben (een vereiste om met een jachtgeweer te mogen schieten). Van een aantal mensen (waaronder ik) waren er echter nog steeds geen certificaten ontvangen, nadat de eerste versies spelfouten in de naam hadden. Gelukkig liggen ze al klaar waarna we snel weer door kunnen naar Magoebaskloof.
Cape Parrot. Foto: Ashley Bamforth
In Magoebaskloof ligt een groot aantal boomplantages, waar ze met name Eucalyptus en dennenbomen verbouwen. Daarnaast is er in de kloof nog een groot stuk ongerept Afro-montane forest te vinden. Op weg naar onze slaapplaats voor vannacht zien we al de nodige vogels die ’s ochtends door Cobus behandeld zijn. Hoogtepunt was de Cape Parrot, die we niet verwacht hadden te zien. Net toen we een bocht om gingen, kwam er een groep aanvliegen die in een boom pal naast de weg bessen gingen zitten eten. Ze blijven een klein kwartiertje zitten zodat we goed de kans krijgen ze te bekijken (geeft me gelijk de gelegenheid om spijt te krijgen dat ik mijn camera niet meegenomen heb). Na een stop bij een hotel met een terras dat uitkijkt over de kloof, rijden we het laatste stukje omhoog de bossen in.
Uitzicht over Magoebaskloof
In dit gebied ligt onze cabin, al is dat een klein woord want het lijkt meer op een bijgebouw van een kazerne. Verspreid over acht kamers en een slaapzaal staan er misschien wel 25 bedden. Keuze genoeg dus voor ons negenen en nadat iedereen een plakje heeft uitgezocht gaan we weer de auto in om brandhout te sprokkelen. Dat valt nog niet mee, omdat het zo te zien kort geleden nog flink geregend heeft. We proberen zo veel mogelijk hout te vinden dat nog enigszins droog is, al is dat een erg relatief begrip.
Op zoek naar brandhout…
… komen we veel grote sprinkhanen tegen
Ben en ik bij het vuur. Foto: Cobus Spies
Bij terugkomst bij de cabin gaat Cobus direct aan de slag om het vuur aan te steken. Stomtoevallig kijk ik tijdens een rondje door de tuin door het raam van een vervallen schuur, waar een hele voorraad kurkdroog haardhout blijkt te liggen. Dat maakt het een stuk gemakkelijker om het vuur aan de gang te brengen en een klein uurtje later hebben we genoeg gloeiende kooltjes om te kunnen beginnen met de braai. We hebben geen elektriciteit en dat werkt sfeerverhogend. Iedereen zit dichtbij het kampvuur en af en toe wordt er met een zaklamp bijgeschenen om iets te kunnen vinden.
dinsdag 26 november
V.l.n.r.: Hayley, Tina, Ben, David Letsoalo, Shawn, Vic, Conraad en Ash
Vandaag heeft Cobus iets heel bijzonders voor ons geregeld. Een vriend van hem, David Letsoalo, is de top-vogelgids van Zuid-Afrika en gaat deze ochtend met ons op pad. Om 5:00 uur meldt hij zich bij de cabin en na een bak koffie (Douwe Egberts!) gaan we op pad. David is een vreselijk aardige vent en zijn vogelkennis is ongelofelijk. Achter elkaar begint hij op te noemen welke vogels hij in welke richting hoort. Indrukwekkend maar absoluut niet bij te houden. Bij vogels kijken in het bos is geluid het belangrijkste; deze vogels zijn veelal erg schuw en verstoppen zich als ze doorhebben dat je staat te kijken. Des te belangrijker dus om ze snel te vinden en David is daar een meester in.
Ash zoekt vogels…
… Ben en David zien vogels
Cobus rijdt steeds met de Landrover vooruit en wacht ons dan op
V.l.n.r.: Tina, Ben, Shawn, Ash, Vic, Hayley en ik. Foto: Cobus Spies
We zien vandaag weer een aantal vogels van het rijtje dat Cobus ons gisteren heeft meegegeven, waarvan de meest bijzondere de Narina Trogon en de Knysna Turaco zijn. Foto’s maken van vogels door het gebladerte heen is een ramp, dus beperken we ons tot plaatjes van het landschap en groepsfoto. Het feit dat ik geen camera bij me heb, werkt nu trouwens ook wel als een voordeel; het enige wat ik nu kan doen is door mijn verrekijker kijken waardoor ik alles veel bewuster bekijk dan wanneer ik bezig ben met foto’s maken. De temperatuur is trouwens perfect en de lucht heerlijk fris wat ideaal is om actief bezig te zijn. Een groot verschil met het gebied waar we normaal verblijven, waar het nu warm en vochtig is. Aan het eind van onze toch met David en op weg terug naar onze cabin komen we langs de Debegeni Falls, waar we even rondlopen en wat foto’s maken.
David en Cobus voor de Debegeni Falls
Dit water loopt in een stroomversnelling naar beneden; levensgevaarlijk vanwege de steile ‘drop’ verderop
Cobus drinkt uit de rivier. Foto: Ashley Bamforth
V.l.n.r.: Hayley, Vic, Ash, Conraad, ik, Shawn en David. Foto: Cobus Spies
Chillen in de tuin van de pizzeria. Foto: Cobus Spies
Om een uur of 11 zijn we klaar (en behoorlijk afgepeigerd) en brengt Cobus ons naar een restaurant van een andere oude bekende. Gary is een engelsman die al veertig jaar in Zuid-Afrika woont en een pizzeria in de bergen heeft. We kunnen er in de tuin eten en de pizza zijn hartstikke goed. Gaat er extra goed in na alle inspanningen van de ochtend. We nemen ruimschoots de tijd want voor de middag staat er meer inspanning op het programma.
Zwemmen en relaxen aan een strandje bij de rivier
We gaan in de middag naar een plek waar je allerlei outdoor-activiteiten kunt doen (aan ziplines door de bossen, in een binnenband door het water, etc.). Daar aangekomen blijkt onze groep uiteindelijk toch een stuk minder avontuurlijk dan gehoopt; als puntje bij paaltje komt waagt niemand zich aan de activiteiten. Voor Cobus het sein om iedereen weer in de wagen te laden en naar beneden bij de rivier te rijden. Daar is een plek waar we kunnen zwemmen. Na een klein uurtje vertrekken we alweer naar onze slaapplaats voor die avond.
De overnachting is wederom bij vrienden van Cobus en deze keer heeft hij een fantastische deal geregeld voor ons. Voor slechts 100 rand per persoon (ongeveer 7 euro!) verblijven we in luxe huisjes met toilet, douche en airco. Het hele kamp eromheen is zelfs alleen voor ons, waardoor we ongestoord gebruik kunnen maken van alle faciliteiten. De beloofde regen is rond een uur of acht dan eindelijk gearriveerd, samen met de nodige donder en bliksem. Erg indrukwekkend en reden om de geplande braai in te wisselen voor een skottelbraai onder de overkapping. Zoals gewoonlijk duurt het onweer maar kort en gaat de wind ook snel weer liggen, waardoor we bij het vuur tot het (voor ons deze vier maanden) ongewoon late tijdstip van 23:30 uur zitten te kletsen.
woensdag 27 november
Alweer de laatste dag van ons uitje. Na rustig te zijn opgestaan vertrekken we om 8:30 uur richting Modjadjiskloof. Dat is het gebied van Modjadji, ‘The Rain Queen’, die in deze omgeving een zeer belangrijke rol speelt. Voor mijn praktijkassessment had ik wat informatie over Modjadji opgezocht en tijdens de koffiepauze heb ik de legende van de Rain Queen verteld aan mijn ‘gasten’. Leuk dus om nu eens te zien waar het zich allemaal heeft afgespeeld.
De grootste Baobab van de wereld. Foto: Ashley Bamforth
Op weg naar Modjadji komen we eerst langs de grootste en oudste Baobab van de wereld (1100 jaar oud). Binnenin deze boom bevindt zich zelfs een klein barretje! Het is even wurmen, maar we passen er allemaal in. Na een drankje weer verder, met de nodige stops voor de vele vogels die we ook vandaag weer zien. Aangekomen in Modjadjiskloof, rijden we een heel stuk door dorpjes heen. De mensen hier kijken heel raar op want ze zijn hier niet gewend safarivoertuigen te zien, en al helemaal niet vol met mensen in safari-uniform. De kinderen lijken het geweldig te vinden want die roepen en zwaaien ons bijna allemaal na. Eenmaal aangekomen in het natuurgebied blijkt het niet heel bijzonder te zijn, al hebben ze er wel grote cicades (grote palm-achtige bomen die er al waren in de tijd van de dinosaurussen).
Binnenin de Baobab! Foto: Cobus Spies
V.l.n.r.: Ben, Conraad, Hayley, Vic, Tina, Shawn, ik en Ash. Foto: Cobus Spies
Cicades zijn in dit gedeelte van Zuid-Afrika alleen in Modjadjiskloof te vinden…
… en geven de omgeving een prehistorische aanblik
Bat Hawk! Foto: Ashley Bamforth
Na Modjadji vervolgen we de rit naar Tzaneen, waar we wat eten bij de KFC. De allerlaatste bezienswaardigheid die we te zien krijgen is een verrassing. Iedereen achterin de Landrover vraagt zich af welke route we terug nemen naar de campus, omdat we de verkeerde kant uit lijken te gaan. Cobus en Conraad bleken echter te weten van een Bat Hawk die nestelt in een plantage op zo’n twintig minuten rijden van Tzaneen. Daar aangekomen vinden we het nest en blijkt de Bat Hawk ook nog ’thuis’ te zijn. Met afstand de meest bijzondere sighting naar het schijnt, en Conraad en Cobus raden ons aan nog eens goed te kijken omdat we deze vogel waarschijnlijk niet vaak meer zullen zien.
Na anderhalf uur rijden zijn we weer terug op de campus. Hier aangekomen blijkt dat ze het watersysteem een grondige update hebben gegeven; één van de grote groene watertanks staat nu bij ons ‘boven’ naast het klaslokaal, samen met een gloednieuwe pomp. Het water hoeft nu niet meer helemaal van de andere kant van de campus naar ons toe gepompt te worden, waarvoor zo’n grote druk nodig was dat het verouderde buizenstelsel het steeds begaf. Het resultaat is spectaculair: we hebben nu eindelijk serieuze waterdruk. Helaas voor de mensen aan de andere kant: die hebben nu geen water! Hopelijk (en waarschijnlijk) wordt dat morgen opgelost.
Aan het eind van de dag nog opzienbarend nieuws… Terwijl ik mijn blog zit bij te werken, zit Ben naast mij met zijn laptop. Samen kijken we op de FGASA-website of de resultaten van ons Trails Guide-examen van anderhalve week geleden al bekend zijn. Dat zijn ze nog niet, maar we zien wel alle resultaten van onze level 1-examens staan (inclusief medestudenten dus). Tot onze verbazing staan daar Hayley en Lawrence tussen, die het niet gehaald hebben! Beiden kwamen ze 1% tekort (74% ipv 75%) om het te halen en pogingen van Charles om FGASA te overtuigen ze 75% te geven waren al mislukt. Nu lijkt het er dus op dat ze het alsnog toegewezen hebben gekregen. Hartstikke goed nieuws voor beiden, want nu hoeven ze niet tot februari te wachten om een herkansing te doen. Voor Lawrence betekent het bovendien dat hij op zijn placement nu ook per direct mag gaan gidsen (daarvoor moet je wettelijk level 1 gehaald hebben). Voor Hayley is het allemaal wat verwarrender; zij heeft geen placement en had net een vakantie in Hawaii geboekt met haar familie. Morgen gaat ze gauw uitzoeken hoe het nu allemaal zit en of ze alsnog hier kan blijven…